slimwinkeltje.nl
(B13072)

Zie je me wel? - motiveren van begaafde leerlingen in het VWO - Inemiek van Mameren-Schoehuizen / Miriam Groensmit / Irma J

25,00

Dit product is tijdelijk niet leverbaar

Nog maar 1 op voorraad.

De leerling die de hooggespannen verwachtingen maar niet waarmaakt is in het onderwijs een bekend fenomeen. Begaafde leerlingen hebben vaak een extra duwtje nodig. Zodra aandacht wordt besteed aan hun bijzondere talenten, autonomie en creativiteit, kunnen zij zich ontwikkelen tot gelukkige leerlingen. In dit boek worden drie projecten beschreven: het verbredingsproject, het POP-project (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) en het TOP-project (Toekomstgericht Ontwikkelings Plan). Doel van het verbredingsproject is het verbreden van kennis van leerlingen die meer kunnen en meer willen dan de gemiddelde leerling. Het POP-project is een methode om onderpresterende begaafde leerlingen tot en met de derde klas te motiveren. In het TOP-project tenslotte helpen onderpresteerders vanaf de vierde klas elkaar om motivatie voor het schoolse leren te ontwikkelen. Vanaf dan moet er weer gepresteerd, gepland, zelfstandig geleerd worden. In al deze projecten wordt steeds ingegaan op signalering, begeleiding en contacten met de ouders. Het geheel is een praktische handleiding met een wetenschappelijke onderbouwing waarmee scholen direct aan de slag kunnen. Klik op de afbeelding voor meer informatie.

Extra informatie

Recensie(s) In dit boek gaan de drie auteurs dieper in op de begeleiding van hoogbegaafde leerlingen in het vwo. Na twee theoretische hoofdstukken beschrijven de auteurs drie bestaande Nederlandse projecten. Ten eerste zijn er verbredingsprojecten voor leerlingen die tijdens het gewone traject onvoldoende uitdaging ervaren: de leerling kiest een onderwerp dat hij onder begeleiding en tijdens de schooluren kan uitdiepen. Het POP-project (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) en het TOP-project (Toekomstgericht Ontwikkelings Plan) richten zich dan weer tot begaafde leerlingen uit respectievelijk de drie laagste en drie hoogste klassen, die nooit de noodzaak hebben gevoeld om studievaardigheden op te bouwen. In beide gevallen bestaat de begeleiding voornamelijk uit gesprekken. Helaas beperkt het boek zich vooral tot het beschrijven van de projecten; praktijkervaringen komen weinig aan bod. Onderaan elke pagina vind je wel telkens uitspraken van leraren. Achteraan volgen twaalf bijlagen (vooral begeleidingsmateriaal) en een bibliografie. Tweekleurendruk, schreefloze letter, verlucht met tekeningen en enkele foto's.

Redactie Vlabin-VBC